Wat is een mastceltumor?
Een mastceltumor of een mastocytoma is een frequent voorkomende kwaadaardige huidtumor, uitgaande van de mastcellen in de huid. Deze cellen spelen een rol in allergische reacties. Waarom mastcellen plots tumoraal worden is onbekend. Sommigen beweren dat een chronische ontsteking of het gebruik van irriterende producten aan de basis ligt, anderen denken dat de oorzaak viraal is.
De tumor is kwaadaardig en metastaseert dus. De voorkeurslokalisaties zijn de regionale lymfeklieren, de milt, de lever, de buiklymfeklieren, de huid en het bot.
De mastceltumoren worden ingedeeld in drie graden:
- graad I is een goed gedifferentieerde tumor
- graad II is matig gedifferentieerd
- graad III is slecht gedifferentieerd.
De graad van de tumor heeft een invloed op de prognose. Hoe hoger de graad is, hoe slechter de prognose is.
Voorkomen
Bepaalde hondenrassen lopen een hoger risico om een mastocytoma te ontwikkelen waaronder de boxer, de boston terrier, de bull mastiff, de beagle, de Engelse bulldog, de labrador retriever, de golden retriever, de schnauzer en de shar pei. De boxer wordt vaak geconfronteerd met graad I.
Mastceltumoren zien we bij alle leeftijden, vooral bij de oudere hond. De gemiddelde leeftijd is 9 jaar. Ze komen evenveel voor bij de reu als de teef.
Symptomen
De tumor kan sterk variëren in uitzicht en lokalisatie:
- verheven of opengebarsten nodule in de huid
- meestal solitair, in 10% van de gevallen multipel
- diameter van 1 tot 10 cm
- wat betreft de stevigheid varieert de tumor van erg zacht tot heel stevig
- haaruitval
- groeien en krimpen van de tumor (lokaal ontstekingseffect)
- soms geen gezwel, maar enkele discrete huidveranderingen zoals kleine rode verhevenheden
- na manipulatie van het gezwel zien we veelal een bleek centrum en een gestuwde periferie. We spreken van ‘het teken van Darier’. Dit wordt verklaard door de stoffen die de mastcellen vrijstellen na maniplatie.
- meestal gelokaliseerd op de romp (50-60%), soms op de ledematen (25%) en slechts zelden op hoofd en hals
- een tumorale mastcel produceert veel meer stoffen dan een gezonde mastcel. Als gevolg van die overproductie kunnen algemene symptomen optreden. Zo stimuleert de stof histamine de maagzuursecretie. Symptomen als bloed braken en bloed bij de ontlasting zijn hier een gevolg van. Histamine zorgt ook voor een vertraagde wondheling.
Diagnose
- cytologie :
met een naaldje prikken we het gezwel aan, onder de microscoop zien we typische ronde cellen met paars gekleurde korrels. - Echografie van de buik :
zo kunnen we uitzaaiingen opsporen. We kunnen zelfs het aangetaste orgaan aanprikken onder echobegeleiding om dan het punctaat onder de microscoop te bekijken. - RX van de borstkas is hier minder van toepassing, omdat het mastocytoma zelden metastaseert naar de borstkas.
Behandeling
Chirurgie is aangewezen bij solitaire nodules in de afwezigheid van metastasen. Bij de operatie moeten we rekening houden met de aanwezige microscopische tumoruitlopers. Afhankelijk van de tumorgraad kunnen die tot 2cm lang zijn. Daarom moeten we de tumor steeds met ruime marges verwijderen: 3cm rond het gezwel en 1 intakte weefsellaag eronder.
Enkel wanneer de tumor onvolledig is weggenomen (geen tumorvrije marges) of wanneer er metastasen zijn, dan is een verdere behandeling nodig. Het mastocytoma is heel gevoelig aan radiatietherapie. Bestraling geeft de beste resultaten wanneer de tumor eerst chirurgisch vewijderd wordt en dan enkel de uitlopers bestraald worden.
Deze therapie is momenteel enkel beschikbaar in het buitenland (Duitsland of Frankrijk). Verder is dit wel een lokale vorm van behandelen en werkt dit niet preventief tegen metastasen of bijkomende tumoren.
Chemotherapie is een palliatieve behandeling en wordt toegepast bij multipele huidtumoren of bij uitzaaiingen.
Histologisch onderzoek
Na de operatie wordt het gezwel opgestuurd voor verder histologisch onderzoek.
Dit zijn typische histologie beelden van een mastocytoma. Bemerkt de grote ronde cellen die typisch zijn voor een mastocytoma.
Zo kunnen we controleren of er nog tumorcellen in het lichaam zijn achtergeleven (tumorvrije marges). Een tweede belangrijk punt is het bevestigen van de diagnose en het indelen van de tumor naargelang de graad (graad I, II en III).
Prognose
De prognose is afhankelijk van de lokalisatie:
- ledematen: goed
- in de mond en rond de anus en geslachtsorganen: slecht
- ingewanden en beenmerg: zeer slecht (gemiddeld 3 maanden overleving)
- De prognose wordt slechter naargelang de graad stijgt (graad II mastocytoma slechter dan graad I, graad III slechter dan graad II).
- graad I: 80-90% lange-termijn-overleving na complete chirurgie
- graad II: 60-75%
- graad III: sterfte binnen 6 maanden
Hoe hoger de graad van de tumor, hoe meer kans op metastasen bij primaire diagnose en hoe hoger de kans op herval
|
Uitzaaingen (bij diagnose) |
Herval (na 6 maanden) |
Graad I |
5 % |
25 % |
Graad II |
12 % |
44 % |
Graad III |
55 % |
6 % |