Bij heelkundige ingrepen (operaties) moet naar een zo grondig mogelijke asepsie (het voorkomen van besmetting van micro-organismen) gestreefd worden. Een totale asepsie proberen wij te realiseren in onze nieuwe kliniek, onder meer in de operatieruimten, onze instrumenten en de dierenartsen met hun assistenten.
Bij zulk een opstelling is de enige zwakke schakel de huid waarvan de diepere lagen moeilijk of niet totaal kunnen gedesinfecteerd worden. De huidbacteriën zijn wel praktisch volledig te vernietigen door huidincisie met een elektrische bistouri.
Bij operaties moet men rekening houden met de verschillende contaminatiewegen waarlangs micro-organismen de operatiewonde kunnen bereiken :
- voornamelijk via de lucht
- het operatieveld
- de instrumenten
- het aangewend materiaal
- de chirurg en zijn/haar assistente (handen, armen, kledij, haar, neus, mondholte, …)
- de operatiewonde zelf (aansnijden van neusholte, larynx, slokdarm, maagdarm stelsel, urinewegen, vagina, een abces, …).
Bepaalde ingrepen in onze kliniek vergen een bijzondere asepsie zoals beender- en gewrichtsoperaties, operaties aan het ruggemerg en de hersenen, thoracale en abdominale ingrepen (in de borst – en buikholte) en plastische operaties. Hierbij voorziet de nieuwe kliniek een aparte operatieruimte waarbij een grondige asepsie heerst.
Wanneer er bij deze gevallen infectie optreedt zijn de gevolgen dikwijls dramatisch.
Dierenkliniek Causus werkt volgens strikt op te volgen protocols en houdt hierbij steeds rekening met de regels van asepsie om goede chirurgische resultaten te bekomen.
De lucht
Om zo veel mogelijk stof in onze operatiezaal te elimineren worden al onze patiënten in een afzonderlijke preparatiezaal voorbereid om ze pas nadien in de operatiezaal binnen te brengen. Deze voorbereiding omvat borstelen of stofzuigen, scheren, wassen en desinfecteren. Onze operatieruimten worden na elke operatie volledig gedesinfecteerd en proper gemaakt. Alsook wordt beweging en passage tot een volstrekt minimum beperkt want bij beweging en de daaruit volgende luchtcirculatie neemt het aantal stofpartikels en bacteriën in de lucht sterk toe.
Bacteriën nestelen zich graag in stof. Ze kunnen niet zelf vliegen of lopen dus liften ze mee op stofdeeltjes. In een omgeving waar mensen zijn, bestaat dit stof voor een (groot) deel uit huidschilfers. Verminder je de hoeveelheid stof, dan verminder je het aantal bacteriën.
Het belangrijkste aspect van aparte operatiekamers is natuurlijk dat ze zo schoon mogelijk moeten zijn. Alle gebruikte materialen moeten glad zijn, goed reinigbaar en goed bereikbaar (geen scherpe hoeken, naden of kieren). Dus geen geweven of gebreide stoffen, geen cement, geen hout (tenzij gelakt).
Vroeger gebruikte men voor de vloeren en wanden tegels, maar die hebben cementen voegen. Tegenwoordig wordt zoveel mogelijk kunststof gebruikt, waarbij grote delen naadloos aaneen gelast worden. In onze kliniek is er gekozen voor een inerte, naadloze epoxyvloer en dit niet enkel voor de operatiekamers maar over héél de kliniek.
De operatiezaal zelf kent ook een onderverdeling in schone en vuile zones. Zo is de ruimte direkt rondom de operatietafel absoluut schoon ("steriel"). Daar komen ook alleen de chirurgen en assistenten die steriele jassen etc. dragen.
Buiten dit gebied werkt de anesthesioloog de assistenten die de spullen vanuit de kast moeten aangeven en eventueel de stagairs. Zij zijn niet steriel aangekleed.
In de wand van onze operatieruimten zijn ventilatiesystemen aangebracht zodat gefilterde of steriele lucht in de operatiezaal wordt gebracht. Door de overdruk die aldus ontstaat zullen bij het openen van een deur geen buitenlucht met stof en bacteriën aangezogen worden. Het systeem werkt als volgt :
Een van de buitenwereld afgesloten ruimte moet worden geventileerd. Dat gebeurt via filters. Op deze manier wordt het klimaat in de operatiekamer beheerst: temperatuur en vochtigheid worden nauwkeurig gereguleerd.
Door de filters wordt boven in de operatiekamer schone lucht geblazen en onderaan wordt de vuile lucht (dus met evt. stof en micro-organismen) afgezogen. Dit is een niet-mengend systeem waarbij er voor gezorgd wordt dat de binnenkomende kiemvrije lucht direct bij het operatieveld aankomt. Men spreekt ook wel van verdringings-of downflowsysteem (gaat in het algemeen om semi-laminaire flowsystemen). Op deze manier wordt de lucht in de ruimte een aantal keren per uur ververst (bv. 15 maal per uur). Er wordt meer lucht ingeblazen dan wordt afgezogen, zodat een continue overdruk ontstaat, wat ook bijdraagt aan het buiten houden van stof en bacteriën.
Hier zie je hoe de "kiemvrije lucht" eerst op de operatietafel komt en dan afgebogen wordt naar de periferie.
De toegevoerde lucht moet kiemvrij zijn. Dit wordt bereikt door middel van filters (HEPA-filters = High Efficiency Particulate Airfilters). De meest gebruikte methode van filteren is de drietrapsmethode. Bij de drietrapsmethode worden een aanzuigfilter en een tweede filter voor het eindfilter (HEPA-filter als derde trap) geplaatst.
Deze twee filters dienen tenminste jaarlijks, of zo vaak als de leverancier van de installatie aanbeveelt, te worden gecontroleerd door middel van een belastingtest en dienen te worden vervangen als de testuitslag daar aanleiding toe geeft.
Het operatieveld
Om bacteriële contaminatie van de wonde uitgaande van het operatieveld zoveel mogelijk te vermijden moet het operatieveld op een correcte manier voorbereid zijn. Dit ook volgens een protocol die de dierenarts-assistenten moeten navolgen.
Hierbij zijn verschillende stappen van belang:
- Verwijderen van haren
Vooreerst moeten de haren worden verwijderd. Dit gebeurt buiten de operatiezaal, in een afzonderlijke preparatieruimte zodat de contaminatie van de operatiezaal tot een minimum beperkt kan worden. Men kan gebruik maken van een tondeuse of een scheermesje. Een tondeuse verwijdert de haren nooit tot op de epidermis maar veroorzaakt het minst huidbeschadiging. Met het scheermesje kan men de haren volledig verwijderen maar treedt er altijd huidbeschadiging op.Het is bij ons op de kliniek de gewoonte om een voldoende groot operatieveld aan te leggen zodat de operatiewonde eventueel kan vergroot worden. Volgens het protocol verwijderen de assistenten de haren tot op minstens 20 cm van de vooropgestelde incisie, langs beide zijden.Bij operaties aan de ledematen verwijderen de haren rondom rond en schermen we de tenen af door ze te overtrekken met een handschoen waarbij we ze met tape aan het lidmaat vastmaken of omwinden we het geheel met een klevend verband nl. vetrap. Het loshangende lidmaat wordt tijdens de desinfectie van het operatieveld tijdelijk gefixeerd aan een statief. - Desinfectie operatieveld
Na het verwijderen van losse haren, d.m.v. onze stofzuiger, wordt de huid grondig gewassen met antiseptische zeep. Men maakt hier gebruik van chlorhexidinezeep (hibiscrub) of povidone-iodinezeep (vet-clean). Wij maken vaak gebruik van chlorhexidinezeep omdat deze niet geïnactiveerd wordt door organisch materiaal, geen bruine verkleuring nalaat en bovendien een residuele antiseptische werking heeft.Het wassen van het operatieveld, scrubben in vaktermen, gebeurt met steriele tampons. Na grondig wassen wordt de huid ontsmet met gedenatureerde alcohol 70-90%, eventueel na ontvetten met ether. Volgens ons protocol kan een zeer goede en snel optredende antiseptie bekomen worden met 0.5% tot 2.5% chlorhexidine in 70% gedenatureerde alcohol.Chlorhexidine wordt niet gebruikt voor desinfectie van het oorkanaal: het is immers ototoxisch. Povidone-iodine is zeer sterk antiseptisch en penetreert diep in de huid, en toch werken ze niet irriterend.Zowel het scrubben als het ontsmetten moet plaatsgrijpen van de plaats van de insnede naar perifeer. Men gebruikt steeds een nieuwe tampon om terug van perifeer naar centraal te gaan, en dit tot de tampons op het einde van de scrub nog proper zijn. Men gaat er echter van uit dat een volledige sterilisatie van de huid moeilijk te bekomen is : wij kunnen enkel het aantal bacteriën zeer sterk reduceren met een aangepaste reiniging en ontsmetting. - Afdekken operatieveld
Na de desinfectie wordt het operatieveld afgedekt met steriele doeken. Dit gebeurt door onze voorbereide assistente. In de kliniek gebruiken wij steeds wegwerpdoeken want er treedt immers vaak een sterke bevuiling op van het operatieveld omdat de herbruikbare doeken niet altijd eenvoudig te reinigen zijn. Daarnaast kunnen er, bij het gebruik van penetrerende doekklemmen, kleine gaatjes in de doeken ontstaan die een bron van contaminatie van het operatieveld vormen.Om het risico op infectie uitgaande van de niet-chirurgisch voorbereide omliggende huid zo klein mogelijk te houden, dekken we de patiënt zo volledig mogelijk af. Nadien plaatsen we de doekklemmen. Deze komen ook zo dicht mogelijk tegen het operatieveld.Voor operaties aan de ledematen wordt meestal een steriel verband of een steriele honddoek rond het distale lidmaat aangebracht en wordt vervolgens een operatiedoek over het lidmaat geschoven. Op die manier kan de chirurg of assistente het lidmaat tijdens de operatie zelf manipuleren.
Handen en kledij van de chirurg en assistenten
In onze operatieruimten heeft men propere, comfortabele kledij die enkel hier gedragen wordt. Mondmaskers worden ook gedragen maar zijn geen effectieve filters voor bacteriën maar ze beletten wel dat speeksel- en neus druppeltjes rechtstreeks het operatieveld bevuilen. Nieuw in onze operatieruimten zijn propere schoenen die enkel hier gebruikt worden.
Elke dierenarts en zijn assistenten moeten kort geknipte nagels hebben. Ringen en andere juwelen worden niet gedragen tijdens de operatie. Voordat men start aan de chirurgische scrub, moeten de handen gewoon gewassen worden. Vervolgens worden beide handen mechanisch goed gereinigd met behulp van een borstel met water en onze antisepticum chlorhexidine nl. hibiscrub. Een goede mechanische reiniging is niet te vervangen door eenvoudige onderdompeling in een antiseptische vloeistof daarom scrubben we onze handen gedurende 4 minuten, vervolgens spoelt men de handen af onder de kraan en droogt men de handen aan een steriele handdoek.
We gebruiken chlorhexidine om de handen te scrubben omdat chlorhexidine bindt aan de huideiwitten van onze handen en blijft er na het afspoelen een “chlorhexidine-film” achter op de huid met een residuele antiseptische werking tot gevolg.
Aangezien de handen nooit absoluut bacterievrij zijn, is het gebruik van steriele handschoenen voor de meeste operaties aangewezen.
Bij het gebruik van een operatiekiel worden de handschoenen aangedaan na het aantrekken van de kiel: KLIK HIER voor foto's
Aseptisch opereren
Aseptisch opereren betekent echter meer dan het dragen van steriele kledij alleen. Tijdens de chirurgische ingreep moet een grondige asepsie volgehouden worden: dit vergt een nauwgezette discipline waarbij men voortdurend moet bedacht zijn op details die de ketting van aseptisch handelingen kunnen doorbreken. Steriele materialen worden correct aangegeven en men moet letten op mogelijke perforaties van de handschoenen. Men is bij ons op de kliniek telkens heel bedacht op wat men aanraakt. Als er men iets aanraakt dat niet steriel is, moet men direct nieuwe handschoenen of een nieuwe kiel aantrekken.
Aangezien men nooit zekerheid heeft dat er geen bacteriën in de wonde terechtkomen, is het bij de meeste chirurgische ingrepen aangewezen profylactisch antibiotica toe te dienen en dit ter preventie van wondinfectie. Algemeen gebruiken wij bij elke operatie antibiotica en een pijnstiller die subcutaan (onder de huid) worden toegediend.